Stichting Nederlandse Draf- en Rensport | Wassenaar
De geschiedenis van de drafsport
Het draven met paarden is al eeuwen oud, niet alleen in Europa, maar ook in Noord-Amerika, waar deze sport al vroeg door de kolonisten werd beoefend. In Nederland zijn het vooral de jaarmarkten geweest, die de wedstrijden in het harddraven gestimuleerd hebben. De plaatselijke bestuurders vonden het een goed middel om meer volk en dus meer nering te trekken. Later namen de herbergiers de organisatie meestal voor hun rekening. Zij schreven wedstrijden uit waarbij de paarden telkens twee aan twee tegen elkaar draafden over een recht stuk weg van ongeveer 300 meter. Dit was het begin van de kortebaandraverijen, zoals we die heden ten dage nog steeds kennen. Tijdens de wedstrijden werd er gestreden om prijs en premie, waarbij de prijzen meestal bestonden uit fraaie, vaak met zilver bewerkte, gebruiksvoorwerpen, zoals tabakspotten en theeserviezen etc.
De geschiedenis van de rensport
St. Leger, the Oaks, One Thousand Guineas, het zijn termen die de leek nauwelijks iets zeggen, doch bij het woord “Derby” zal hij toch wel direkt aan paardenrennen denken. Wat is de Derby, waar wordt deze verreden, waarom is die ren zo beroemd? Om deze vragen te beantwoorden moeten we in de Engelse geschiedenis teruggaan.
Op een meimorgen in het jaar 1780 waren enige edellieden te gast bij de toenmalige graaf van Derby om een ren bij te wonen die op zijn land gehouden werd. Een van de gasten kwam op het idee door het opgooien van een geldstuk degene aan te wijzen naar wie deze ren, die men ook in de toekomst wilde laten verrijden, genoemd zou worden. De munt wees de graaf Derby aan. In het begin werd de ren over de afstand van een mijl gehouden. In 1784 werd deze afstand verlengd tot 1,5 mijl, dat is 2400 meter, en dit bleef tot nu toe onveranderd. Het Engelse voorbeeld werd door vele andere landen gevolgd. In Nederland wordt ook deze ren ook jaarlijks op renbaan Duindigt georganiseerd.